Aflevering 15: Angst: menswording is paradoxaal

Doelstellingen serie Kostenreductie

Meer weten over de doelstellingen van de serie Kostenreductie? Klik dan hier:

Toon text

‘NL, doe meer aan psychische problemen’ 

Zo luidde de kop van een NOS-bericht op 1 december 2014, naar aanleiding van een rapport van de OESO over mentale gezondheid op het werk. Mentale ongezondheid brengt veel kosten met zich mee, zowel voor organisaties als voor de maatschappij. Ik zie de gevolgen hiervan ook in mijn praktijk als loopbaancoach. Deze blogserie wil bijdragen aan het verlagen van deze kosten.

Drie deelthema’s: arbeidsomstandigheden, angst en agressie

In drie deelthema’s ga ik in op verschillende factoren die van invloed zijn op de mentale (on)gezondheid.

• In deel 1 (blog 3-7) komen concrete ervaringen en situaties ter sprake: ziekte, stress en baanonzekerheid.

• Deel 2 van deze blogserie besteedt aandacht aan het thema angst op de werkvloer (blog 8-15).

• In deel 3 staat het thema agressie op de werkvloer centraal (blog 16-21).

Inzicht verlaagt kosten mentale ongezondheid

Met het beschrijven van deze factoren hoop ik dat jullie als lezers van dit blog – of je nu leidinggevende, werknemer of werkzoekende bent – inzicht krijgen. Bijvoorbeeld in de gevolgen van mentale problemen voor het uitoefenen van werk of van leidinggevende taken, of voor de relatie tussen werknemer en werkgever. Inzicht hierin geeft namelijk mogelijkheden om tot ander gedrag te komen. En, meer economisch gezegd: om de kosten van mentale ongezondheid te verlagen!

Angst: menswording is paradoxaal

In dit laatste blog van deel 2 over angst voer ik een pleidooi voor menswording. Wat bedoel ik daarmee? Ik wil je als lezer oproepen om je angsten te erkennen en aanvaarden. En je bewust te worden van je overlevingsstrategieën om hiermee om te gaan. Dit heeft positieve gevolgen voor je mentale gezondheid. En daarmee worden uiteindelijk kosten bespaard.

Overlevingsstrategieën 

We hebben als mensen allemaal overlevingsstrategieën om om te gaan met de verschillende vormen van angst die we ervaren:

  1. We vechten of we vluchten.
  2. We doen aan projectie en raken verwikkeld in mechanismen van (tegen)overdracht.
  3. We maken onszelf speciaal of afhankelijk.

Vaak hebben we niet in de gaten dat we een bepaalde strategie hanteren. Of dit leidt tot mentale ongezondheid is persoons- en situatieafhankelijk. Wanneer we van onszelf kunnen onderscheiden dat we in een overlevingsstrategie zijn gestapt en kunnen bijsturen, is er niet zoveel aan de hand. Sterker nog, dan vind ik dat gezonde menswording. Daarover leren heeft dus zin.

Vechten of vluchten

Angst geeft twee basisreacties: vechten of vluchten. We gaan óf de strijd aan vanuit onze gevoelens van angst, we verzetten ons hevig; óf we vluchten weg. Een dergelijke reactie zullen we van onszelf en van de ander echter niet altijd herkennen. Ook hebben we niet altijd door dat wijzelf of de ander ‘in angst is geschoten’.

Een praktijkvoorbeeld

Tobias krijgt van zijn manager de boodschap dat hij overgeplaatst wordt naar een andere afdeling. Hij voert een rustig gesprek met haar en gaat vervolgens weer aan het werk. De manager heeft niet in de gaten gehad dat Tobias door het gesprek erg bang is geworden. Wanneer hij twee weken later bij haar komt en vertelt dat hij een jurist en een loopbaanadviseur in de arm heeft genomen omdat hij het allemaal niet kan overzien, wordt zijn manager kwaad. Ze valt boos uit: ‘Wat is dat nu allemaal voor onzin!’

In wezen is Tobias heel hard gevlucht, weg uit de relatie met zijn leidinggevende. In plaats daarvan heeft hij hulp van anderen ingeschakeld. Het was handiger geweest als hij zijn angst eerst met zijn manager had besproken, en in overleg met haar stappen had gezet. De leidinggevende is geen vluchter, meer een vechter. Het handelen van Tobias leidt bij haar tot boosheid.

Wanneer beide reacties niet worden onderkend, wordt de kloof tussen de leidinggevende en Tobias steeds groter, en valt een brug steeds minder makkelijk te bouwen.

Projectie, overdracht en tegenoverdracht

Projectie, overdracht en tegenoverdracht zijn vluchtmechanismen die veel voorkomen in samenwerkingsrelaties.

Bij projectie probeer je eigenschappen of emoties van jezelf te ontkennen, verbergen of verdringen door deze toe te schrijven aan iets of iemand anders. Je zegt bijvoorbeeld tegen je leidinggevende, aan wie je na een paar jaar een hekel begint te krijgen, maar waarbij je dat gevoel niet tot je bewustzijn kunt toelaten: ‘Jij hebt de pest aan mij hè?’

Overdracht gaat over irrationele gevoelens die je hebt ten opzichte van een ander, meestal in een hiërarchische verhouding. Het zijn gevoelens die niet over de huidige situatie gaan, maar betrekking hebben op een geheel andere situatie en persoon en ten onrechte worden overgedragen op de persoon waar het nu om gaat (naar Yalom 2013, p. 104). Je leidinggevende lijkt bijvoorbeeld erg op je vader, die altijd zeer agressief tegen je was. Je dicht de leidinggevende diezelfde eigenschappen toe en denkt dat hij ook zeer agressief zal zijn. Vanuit die gedachte communiceer je naar hem.

Tegenoverdracht is hiervan het omgekeerde. De leidinggevende dicht irrationele gevoelens, die verband houden met een andere situatie of persoon, toe aan de medewerker (naar Yalom 2013, p. 104). De medewerker lijkt bijvoorbeeld erg op een eerdere medewerker die nooit zijn verantwoordelijkheid nam en die voor problemen zorgde. Nu denkt de leidinggevende dat zijn huidige medewerker ook nooit zijn verantwoordelijkheid neemt. En vanuit zijn irritatie hierover stelt hij zich naar de medewerker op.

Praktijkvoorbeelden

Projectie

Jan heeft het wel zo’n beetje gehad bij zijn werkgever. De uitdaging is eruit, veel collega’s zijn weg en de sfeer is slecht. Hij weet zeker dat als hij dit tegen zijn vrouw zegt, ze kwaad zal worden. Hij mag blij zijn dat hij werk heeft!

Zijn onderbewuste is, even als dat van ons allemaal, een knap systeem. Steeds komt hij met verhalen thuis over die rotzakken op het werk. Ook op zijn werk gooit hij regelmatig de kont tegen de krib. In wezen komt Jans reactie voort uit angst. Hij zou wel een andere baan willen, maar voelt die vrijheid vanuit thuis niet. Of vanuit zichzelf niet? Hij projecteert die angst op zijn vrouw en vervolgens op zijn collega’s.

Overdracht

Camilla komt uit een groot gezin en heeft daarin altijd het onderspit moeten delven. Dat riep angst bij haar op. Ze heeft hierdoor een strategie ontwikkeld waarin ze erg pleaset. Als je de ander naar de mond praat, krijg je per slot van rekening de minste problemen. Je zou dit existentieel kunnen duiden als angst voor isolatie. Als ik mijn nek niet uitsteek, krijg ik geen problemen en raak ik niet geïsoleerd. Ik merk dat ze dit ook naar mij als coach doet. In wezen komt Camilla’s gedrag dus voort uit angst. Ze projecteert de angstige gevoelens naar haar familie nu op mij en is bang dat ze ook bij mij het onderspit zal delven. Ze werkt hard en ontwijkt conflicten en gaat daardoor heel gemakkelijk over haar grens.

Tegenoverdracht

Ik blijf even bij Camilla. Stel dat ik juist nogal allergisch ben voor pleasers? Mijn ouders waren dat bijvoorbeeld en zeiden nooit waar het op stond. Ik heb als strategie ontwikkeld dat ik direct ga vechten als ik een pleaser voor me heb. Ik ga uitdagen, teachen en tikken uitdelen. Ook mijn gedrag wordt in dit geval door angst gestuurd. Ik voelde mij thuis onveilig doordat nooit gezegd werd waar het op stond. En nu bemerk ik bij Camilla diezelfde eigenschap. Dat roept angst bij mij op, en die angst wil ik voorkomen.

Heel bewust koppel ik in de laatste twee voorbeelden overdracht en tegenoverdracht aan elkaar. Omdat de overlevingsstrategie van de een heel erg kan inwerken op de ander. Het is van groot belang om onze eigen overlevingsstrategieën in de gaten te houden. Ook bij de ander is het goed om die in het oog te houden. We kunnen de overlevingsstrategieën van een ander niet voorkomen. Door te zoeken naar een goed betrekkingsniveau (zie deel 3) en goed te luisteren, kan veel onduidelijke communicatie worden voorkomen.

Speciaal en afhankelijk zijn

Twee laatste manieren om angst te ontvluchten zijn speciaal zijn en afhankelijk zijn. Een voorbeeld van speciaal zijn is bijvoorbeeld de persoon die helemaal opgaat in haar werk en alleen maar daarover kan praten. We noemen haar een workaholic. Er zijn ook andere manieren om jezelf speciaal te maken. Een kenmerk is dat de ander er meestal niet aan mag komen.

Een andere vorm om angst te beheersen, is dat iemand zich afhankelijk maakt. Deze mensen herken je soms aan het feit dat ze anderen makkelijk op een voetstuk zetten. Ze hebben persoonlijke helden en goden. Ik zeg het nu wat uitvergroot, bewust, om het beeld sterk neer te zetten. Die en die manager is het helemaal!! Of op het vorige werk, daar was nog eens een collega, nou, daar kon je echt altijd op bouwen!!

Het zal je misschien niet verbazen dat juist mensen die zich speciaal maken en mensen die zich afhankelijk maken, elkaar aantrekken. Soms met desastreuze gevolgen. Ik zie dat veel in werkrelaties. Ook kunnen beide overlevingsspecialismen zich in één persoon verenigen.

Praktijkvoorbeelden

Speciaal zijn

Ik begeleidde ooit Vivian. In de eerste twee gesprekken vertelde zij mij voortdurend dat haar werkgever haar door dit tweedespoortraject dat zij moest volgen, deze boodschap gaf: ‘Je deugt nergens voor!’ Deze boodschap was te sterk, tenminste, zo beleefde ik het. Dus vroeg ik erop door.

We brachten haar arbeidsverleden in kaart. Vivian was gestart op de huishoudschool. Vervolgens had ze ergens in de huishouding gewerkt. Omdat ze toch wel voelde dat ze meer in haar mars had, ging ze meao doen. Ze vond vervolgens een baan als administratief medewerker. Hier werkte ze zich op en deed gedurende haar werk de heao. Ze had nu een goede financieel-bedrijfskundige functie. Wel een op de rand van te zwaar zoals het er in mijn ogen uitzag. En daar mocht ik niet aan komen. Ze was zich speciaal gaan maken, maar kon in de praktijk haar functie onvoldoende aan. Daarop kreeg ze feedback. Omdat dit een onaanraakbaar gebied was, ervoer ze de feedback van haar leidinggevende als afwijzing, ‘je deugt nergens voor!’

Vivian had een grote angst om niemand te zijn en ze projecteert deze angst op haar werkgever. Door zich zo op te werken, had zij haar identiteit gevonden in haar werk. In dit tweedespoortraject stond dit op de tocht. Terug naar een lager niveau kon ze alleen ervaren als een afgang. Ze vocht als een terriër, tot aan de rechter toe. Dit zou nooit gebeuren. Ik zag grote bestaansangst, angst een nobody te zijn, in wezen doodsangst in Vivian. Haar angst had ze weten te reguleren in deskundigheid. Wat zou erover blijven als ze dat verloor?

Afhankelijk zijn

Zara had een administratieve functie en was goed in haar werk. Ze had al jaren een relatie met een man waarin het geweld steeds verder was toegenomen. Beiden hadden hier een rol in. Ook ik had soms echt de neiging om figuurlijk van mij af te slaan naar Zara. Ze nam geen regie over haar eigen leven; ze maakte zich afhankelijk, ook van mij. Vervolgens deed ze haar opdrachten niet, omdat ik zo streng was geweest; ze speelde eigenlijk altijd een beetje het onschuldige wat domme meisje.

Na een heel aantal jaren had ze de stap durven zetten om de relatie te beëindigen. Met veel nasleep. Nu was ze, als gevolg van alle stress, ook in haar werk uitgevallen. Voor haar gedragskenmerken op het gebied van afhankelijkheid verwees ik haar door naar een psycholoog. Verder onderzochten we hoe het nu kwam dat ze geen grip meer had op haar leven. Toch lukte het mij niet werkelijk ingang bij haar te krijgen. Ze wilde ook heel graag dat ik haar hero werd. Dan kon ze zich afhankelijk van mij maken en hoefde ze zelf geen regie te nemen; ze was bang voor vrijheid. Alleen wilde ik dat niet.

Paradox

De missie van Loopbaanparadox is ‘Kwetsbaarheid is kracht!’ In het kennen van onze eigen angsten, overlevingsstrategieën en kwetsbaarheden, ontwikkelen we veel mooie kracht! We willen graag het leven snappen en onder controle brengen. Ik geloof meer dat het van belang is dat we onszelf elke dag in de spiegel aankijken en eerlijk worden over onszelf, ook over onze angsten in werkrelaties. Want die zijn er altijd. Omdat we mensen zijn. Maar ze erkennen geeft ook wegen om soms anders te handelen. Doe je mee?!

Groeivraag

In welke overlevingsstrategieën herken jij je? Hoe? Noem eens enkele situaties. Hoe wil je hiermee omgaan? Wat wil je leren? Zijn er mensen die je hierbij kunt betrekken? Maak het concreet.

Vooruitblik

Dit was het laatste blog in deel 2 van deze serie. Volgende week start deel 3: aandacht voor agressie.

Bronnen voor serie Kostenreductie

Meer weten over de bronnen voor de serie Kostenreductie? Klik dan hier:

Toon text

Bronnen voor deze serie

Bakas, A. & Sijmons, M. (2014), Megatrends Stress. De nieuwste inzichten in psychische klachten die leiden tot verzuim, Schiedam: Bal Media.

Dam, A. van (2009), De kunst van het falen. Hoe je door effectief leren succesvol kunt presteren, Amsterdam: Ambo.

Glas, G. (2002), Angst; Beleving > structuur > macht, Amsterdam: Boom.

Hessel, R. & Mulder A. (2014), Gewoon of beperkt? Hoe jodendom, christendom en islam omgaan met mensen met een handicap, Zoetermeer: Meinema.

Hanson, R. (2012), Boeddha’s brein. Hoe mindfulness je hersens en je leven kan veranderen, Utrecht: Ten Have.

Kierkegaard, S. (2009), Het begrip angst, Budel: Damon.

Klaassen, A. (2003), Agressiebeheersing, Alphen aan den Rijn: Kluwer.

LeDoux J. (1998), The Emotional Brain, New York: Simon & Schuster, Rockefeller Center.

OECD (2012), OECD (2012), Sick on the Job?: Myths and Realities about Mental Health and Work, Mental Health and Work, Paris: OECD Publishing,

DOI: http://dx.doi.org/10.1787/9789264124523-en

OECD (2014a), Making Mental Health Count: The Social and Economic Costs of Neglecting Mental Health Care, OECD Health Policy Studies, Paris: OECD Publishing,

DOI: http://dx.doi.org/10.1787/9789264208445-en

OECD (2014b), OECD (2014), Mental Health and Work: Netherlands, Mental Health and Work, Paris: OECD Publishing, DOI: http://dx.doi.org/10.1787/9789264223301-en

OECD (2015), OECD (2015), Fit Mind, Fit Job: From Evidence to Practice in Mental Health and Work, Mental Health and Work, Paris: OECD Publishing,

DOI: http://dx.doi.org/10.1787/9789264228283-en

Rossum, Cora van (2014), Kwetsbaarheid is kracht. Menselijk maatwerk in duurzaam, inspirerend en ambachtelijk loopbaan- en studiekeuzeadvies, Rotterdam: Loopbaanparadox, in eigen beheer.

Rossum, C. van, ‘Angst is niet iets om bang voor te zijn’, in: CoachLink Magazine 2015, nr. 4, pp. 55-58.

Rossum, C. van, ‘Verbinding creëren door te luisteren’, in: CoachLink Magazine 2015, nr. 3, pp. 80-83.

Sedláček T. (2012), De economie van goed en kwaad. De zoektocht naar economische zingeving van Gilgamesj tot Wall Street, Schiedam: Scriptum.

Tavris, C. (1982), Anger, The Misunderstood Emotion, United States: Touchstone.

Yalom, Y.D. (1980), Existential Psychotherapy, The Perseus Books Group [z.p.]

Yalom, Y.D. (2013), Scherprechter van de liefde. Tien ware verhalen uit een psychotherapeutische praktijk, Amsterdam: Balans.

Yalom, Y.D. (2015), Tegen de zon in kijken. Doodsangst en hoe die te overwinnen, Amsterdam: Balans.

Over het blog

De missie van Loopbaanparadox is: “Kwetsbaarheid is kracht! Menselijk maatwerk in duurzaam, inspirerend en ambachtelijk loopbaan- en studiekeuzeadvies”. Het blog draagt in dit kader kennis, inspiratie en deskundigheid over en verschijnt iedere maandag.

De foto’s zijn van fotograaf Marcel Sjoers (www.marcelsjoers.nl). Ze zijn te bestellen via marcel@marcelsjoers.nl. Het blog is geschreven door Cora van Rossum (www.loopbaanparadox.nl) en staat onder redactie van Marleen Schoonderwoerd (http://www.linkedin.com/in/marleenschoonderwoerd).

Wanneer door dit blog persoonlijke dilemma’s boven komen, is het altijd mogelijk om hierover te mailen (cora@loopbaanparadox.nl). Gratis!

Cora van Rossum – www.loopbaanparadox.nl – 25-4-2016

Dit vind je misschien ook leuk...